|
||||||||
|
Na drieëntwintig albums en talloze kilometers op zijn naam vond Joe Ely dat het tijd was om eens goed na te denken. Door te duiken in een hoogstaande back catalogue putte Ely uit de vele nummers die onderweg waren ontstaan, reisliedjes die hij opnam toen hij terugkeerde naar de studio. Het resultaat is "Driven To Drive", Ely's eigen compilatie van road songs uit verschillende periodes van zijn lange en onderscheiden carrière. Sinds hij in de jaren '70 uit Texas bekend geraakte als een Lone Star Springsteen, zijn rockende dynamiek gekleurd door countryaccenten, is hij dus nu op dit nieuwe album gefascineerd door de weg. De artiest die ooit een album "Lord of the Highway" (1987) noemde, heeft er veel tijd doorgebracht, zijn eigen muze volgend in de grote traditie van de grote Texaanse troubadours. "Driven to Drive" bevat 12 nummers, 10 originelen, waarvan alle nummers behalve één thuis zijn opgenomen in de loop van meerdere decennia, en ze draaien, min of meer, om reizen en beweging. Met Ely vergezeld door slechts één of twee begeleiders, hebben de nummers de ongekunstelde intimiteit van demo's, maar ook de verkwikkende directheid van liveoptredens. Het album bevat een fascinerende mix van country, rock-'n-roll, tex mex, honky tonk, dus een echte mengelmoes van allerlei Americana stijlen. Ely doet steeds wat hij graag doet en wat is een betere manier om het respect te tonen waarmee hij door zijn collega's wordt geprezen dan door een kerel genaamd Springsteen aan boord te krijgen voor een vreemd nummer. "Odds Of The Blues" geeft beide artiesten gelijke kansen en is een hemels vocaal huwelijk, terwijl Jeff Plankenhorn Ely's gitaar aanvult. De andere blues op het album is echter heel anders. "Gulf Coast Blues" is mijlenver weg in stijl, een luie, lome meander op de Gulf blues highway met Ely's akoestische gitaar die de diepe elektrische groove van de eerste vervangt. Guzman's eenzame accordeon onderstreept hierbij het late-night-gevoel in deze song. Hoe onredelijk het ook is om individuen uit een band van briljante muzikanten te kiezen, het is onmogelijk om Guzman's invloed op het album te onderschatten. Op de spookachtige opening "Drivin' Man" is Guzman's accordeon een lust voor het oor en Ely, die het album ook produceerde, geeft hem verstandig genoeg de vrije loop om zijn bekwaamheid te demonstreren. Daarmee wordt het nummer naar een heel ander niveau getild. "For Your Love" doet denken aan de magere, gemene rockende energie van de volledige bandversie die verscheen op "Dig All Night" uit 1988 , hoewel deze alleen Ely's gitaar en Joel Guzman's accordeon bevat, terwijl "Ride a Motorcycle" brult op alleen elektrische gitaren en synthesizers. Op Butch Hancock's "Watching Them Semis Roll" draagt Plankenhorn stekende slidegitaar bij terwijl Ely een vrolijke Woody Guthrie-vibe oproept, terwijl zijn solonummer "San Antone Brawl" meer een stukje countryblues is. Half het album domineert de blakende honky-tonk piano van Bill Guinn in "Didn't We Robby" en zorgt meteen voor het perfecte roadhouse-feestje. Anderzijds is in het prachtige tex-mex getinte "Slave To The Western Wind" de viool van Richard Bowden die perfect synchroon werkt met die alomtegenwoordige accordeon en samen de weemoed van het nummer versterken. De energie op het einde van deze set wordt versterkt door Ely die rockend uit de startblokken schiet met Donald Elwood Dykes' "Jackhammer Rock" en zijn eigen titeltrack. "I'll give 'em a run for their lives" pocht hij op het laatste, een waarschuwing aan alle uitdagers. Bij het samenstellen van dit roadalbum heeft Ely de mix van tempo en stijl behouden waar hij bekend om staat, en gezien hoe goed "Driven to Drive" is, vraag je je af welke andere schatten Ely nog in zijn kluizen heeft.
|